Steeg 0000.0011

 

Literatuur

 

- Werkgroep Herstel Leefbaarheid Oude Stadwijken Utrecht, Utrechtse stegen in het slop. Utrecht (Werkgroep Herstel Leefbaarheid), 1978. [48 blz. ISBN -]. Hierin "Terminologieën": blz. 9 ("De term steeg is een moeilijk te definiëren begrip. Als omschrijving willen wij voorstellen: 'een smalle verbindingsweg met relatief eenvoudige bebouwing'. De breedte is dus van belang, al is die moeilijk in maten vast te leggen, en daarnaast het feit dat een steeg niet doodloopt. De gevelwanden aan het begin en einde van de steeg zullen vaak gekenmerkt zijn door een nauwelijks bewerkte zijgevel van het hoekpand van de straat of gracht. [...] Deze omschrijving van het begrip steeg wil slechts een hulpmiddel zijn en dient ter onderscheiding van andere stedelijke ruimten zoals weg, straat, slop, achterom en hofje"), 45 ("We vinden de toegang tot een steeg, slop of achterom vaak overbouwd of opgenomen in één van de buurpanden")

        (klik hier voor de tekst, PDF, 23.477 kb)

- Woud, Auke van der, Koninkrijk vol sloppen. Achterbuurten en vuil in de negentiende eeuw. Amsterdam (Bert Bakker), 2010 [440 blz. ISBN 978.90.351.3597.0]

- Norwich's nooks & crannies. Norwich (Norwich City Council, e.a.), z.j. (2016?) [35 blz. ISBN -]

- Monde, N. van der, Geschied- en Oudheidkundige Beschrijving van de Pleinen, Straten, Stegen, Waterleidingen, Wedden, Putten en Pompen der Stad Utrecht, 1e deel. Utrecht (Van der Monde), 1844 (1e druk). Ongewijzigde herdruk Zaltbommel (Europese Bibliotheek), 1971. [375 blz. ISBN -]. Hierin over "Straten en Stegen": blz. 80-81 ("Bij het onderzoek naar den oorsprong der Straten en Stegen binnen Utrecht, is ons herhaalde malen de onderlinge verwisseling dier woorden in het oog gevallen. Thans verstaat men door Steeg eenen naauwen doorgang, met steenen geplaveid, welke de gemeenschap der Hoofdstraten onderhoudt; maar deze onderscheiding schijnen onze voorvaderen niet altijd gemaakt te heben, waarvan nog sporen bij ons zijn bewaard gebleven in: Gortsteeg, Bakkersteeg, Vinkenburgsteeg, Schoutensteeg enz., welke met recht aanspraak op den naam van Straten mogen maken. Wij zijn niet vreemd van het gevoelen, dat oudtijds zulke doorgangen, het zij dezelve breed of smal waren, Stegen (naar stijgen)(1) genoemd werden, en dat bij het bestraten van dezelven, de naam van Steeg meestal in Straat (naar het latijnsche stratum, van sternere) veranderd is." Voetnoot 1: "In het Hoogduitsch is Steg en Steig: Pad, Voetpad, Weg, - Gasse beteekent daar een zekere afstand door twee lijnen bepaald; van hier de Pikkegasch te Nijmegen, de Massegast en de Lijntgast te Utrecht."- dit is de relevante tekst volledig).